Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet inkomstenbelasting 2001

 

Artikel 6.20a Uitgaven wegens chronische ziekte
1
Uitgaven wegens chronische ziekte worden in aanmerking genomen indien de belastingplichtige bij het begin van het kalenderjaar jonger is dan 65 jaar, niet in aanmerking komt voor uitgaven wegens arbeidsongeschiktheid op de voet van artikel 6.20 en hij al dan niet tezamen met zijn partner in het kalenderjaar voor hem voor meer dan € 325 aan uitgaven heeft gedaan voor:
a
hulpmiddelen met inbegrip van farmaceutische hulpmiddelen - als bedoeld in artikel 6.17, eerste lid, onderdeel a;
b
vervoer als bedoeld in artikel 6.17, eerste lid, onderdeel a;
c
extra gezinshulp als bedoeld in artikel 6.17, eerste lid, onderdeel b;
d
een dieet als bedoeld in artikel 6.17, eerste lid, onderdeel c;
e
kleding en beddengoed als bedoeld in artikel 6.17, eerste lid, onderdeel d;
f
verschuldigde bijdragen krachtens artikel 6 van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten uitgevaardigde regelgeving in verband met het verblijf in een instelling die is toegelaten om zorg te verlenen tot een bedrag van 25% van die bijdragen;
g
verschuldigde bijdragen krachtens artikel 6, vierde lid, van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, ingeval de belastingplichtige niet verblijft in een instelling als bedoeld in onderdeel f;
h
verschuldigde bijdragen krachtens artikel 15 van de Wet maatschappelijke ondersteuning, voorzover de belastingplichtige deze verschuldigd is voor huishoudelijke verzorging als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van die wet of voor een daarvoor bestemd persoonsgebonden budget;
i
verschuldigde bijdragen voor subsidies als bedoeld in artikel 44, eerste lid, onderdeel b, van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten.
2
Het in aanmerking te nemen bedrag wordt gesteld op € 821.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •